Preloader Image

19 Jamadilawal 1446H

Thu, 21 Nov 2024

Pray Time

Chinese | Dutch | French | German | Indonesian | Italian | Japanese | Malay | Sahih International | Tafsir الجلالين | Thai

Holy Quran » AL MU'MINUUN : 21 - 40



23 : 21
وَإِنَّ لَكُمْ فِي الْأَنْعَامِ لَعِبْرَةً نُّسقِيكُم مِّمَّا فِي بُطُونِهَا وَلَكُمْ فِيهَا مَنَافِعُ كَثِيرَةٌ وَمِنْهَا تَأْكُلُونَ
Gij bezit eveneens eene onderrichting in het vee; wij geven u te drinken van de melk die zich in hunnen buik bevindt, gij trekt daaruit vele voordeelen en gij eet er van.
23 : 22
وَعَلَيْهَا وَعَلَى الْفُلْكِ تُحْمَلُونَ
En op hen en op schepen wordt gij vervoerd.
23 : 23
وَلَقَدْ أَرْسَلْنَا نُوحًا إِلَى قَوْمِهِ فَقَالَ يَا قَوْمِ اعْبُدُوا اللَّهَ مَا لَكُم مِّنْ إِلَهٍ غَيْرُهُ أَفَلَا تَتَّقُونَ
Wij zonden Noach vroeger tot zijn volk en hij zeide: O mijn volk! dient God: gij hebt geen God buiten hem; vreest gij dus niet voor de gevolgen, indien gij andere goden aanbidt?
23 : 24
فَقَالَ الْمَلَأُ الَّذِينَ كَفَرُوا مِن قَوْمِهِ مَا هَذَا إِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْ يُرِيدُ أَن يَتَفَضَّلَ عَلَيْكُمْ وَلَوْ شَاء اللَّهُ لَأَنزَلَ مَلَائِكَةً مَّا سَمِعْنَا بِهَذَا فِي آبَائِنَا الْأَوَّلِينَ
En de opperhoofden van zijn volk dat niet geloofde, zeiden: Deze is slechts een mensch gelijk gij zijt; hij tracht alleen zich eene oppermacht over u aan te matigen. Indien het Gode had behaagd, u een profeet te zenden, zou hij zekerlijk engelen hebben gezonden; wij hebben dit niet van onze voorouders gehoord.
23 : 25
إِنْ هُوَ إِلَّا رَجُلٌ بِهِ جِنَّةٌ فَتَرَبَّصُوا بِهِ حَتَّى حِينٍ
Waarlijk, hij is slechts een man, die door den duivel is bezeten; wacht dus gedurende eenigen tijd nopens hem.
23 : 26
قَالَ رَبِّ انصُرْنِي بِمَا كَذَّبُونِ
Noach zeide: O Heer! help mij; zij beschuldigen mij van logen.
23 : 27
فَأَوْحَيْنَا إِلَيْهِ أَنِ اصْنَعِ الْفُلْكَ بِأَعْيُنِنَا وَوَحْيِنَا فَإِذَا جَاء أَمْرُنَا وَفَارَ التَّنُّورُ فَاسْلُكْ فِيهَا مِن كُلٍّ زَوْجَيْنِ اثْنَيْنِ وَأَهْلَكَ إِلَّا مَن سَبَقَ عَلَيْهِ الْقَوْلُ مِنْهُمْ وَلَا تُخَاطِبْنِي فِي الَّذِينَ ظَلَمُوا إِنَّهُم مُّغْرَقُونَ
En wij openbaarden hem onze bevelen: zeggende: Maak de ark voor ons gezicht en overeenkomstig onze openbaring. En als ons besluit tot uitvoering zal komen en de oven water koken en uitwerpen zal. Breng er dan van elke diersoort een paar in, en ook uw gezin; behalve degene over wien een vonnis van vernietiging werd uitgesproken, en spreek niet tot mij ten behoeve van hen die onrechtvaardig waren; want zij zullen verdronken worden.
23 : 28
فَإِذَا اسْتَوَيْتَ أَنتَ وَمَن مَّعَكَ عَلَى الْفُلْكِ فَقُلِ الْحَمْدُ لِلَّهِ الَّذِي نَجَّانَا مِنَ الْقَوْمِ الظَّالِمِينَ
En wanneer gij en zij die met ons zullen wezen, tot de ark zullen ingaan, zeg dan: Geloofd zij God, die ons van de goddeloozen heeft verlost!
23 : 29
وَقُل رَّبِّ أَنزِلْنِي مُنزَلًا مُّبَارَكًا وَأَنتَ خَيْرُ الْمُنزِلِينَ
En zeg: O Heer! doe mij uit deze ark op eene door u gezegende plaats komen; want gij zijt het best in staat, mij ongedeerd daaruit te brengen.
23 : 30
إِنَّ فِي ذَلِكَ لَآيَاتٍ وَإِن كُنَّا لَمُبْتَلِينَ
Waarlijk, hierin lagen teekens onzer almacht, en wij beproefden de menschen daardoor.
23 : 31
ثُمَّ أَنشَأْنَا مِن بَعْدِهِمْ قَرْنًا آخَرِينَ
Daarop deden wij een ander geslacht na hen opstaan.
23 : 32
فَأَرْسَلْنَا فِيهِمْ رَسُولًا مِنْهُمْ أَنِ اعْبُدُوا اللَّهَ مَا لَكُم مِّنْ إِلَهٍ غَيْرُهُ أَفَلَا تَتَّقُونَ
En wij zonden hun een apostel uit hen, die zeide: Aanbidt God; gij hebt geen God buiten hem: zoudt gij dus zijne wraak niet vreezen?
23 : 33
وَقَالَ الْمَلَأُ مِن قَوْمِهِ الَّذِينَ كَفَرُوا وَكَذَّبُوا بِلِقَاء الْآخِرَةِ وَأَتْرَفْنَاهُمْ فِي الْحَيَاةِ الدُّنْيَا مَا هَذَا إِلَّا بَشَرٌ مِّثْلُكُمْ يَأْكُلُ مِمَّا تَأْكُلُونَ مِنْهُ وَيَشْرَبُ مِمَّا تَشْرَبُونَ
En de opperhoofden van zijn volk, dat niet geloofde, dat de ontmoeting des volgenden levens loochende, en aan hetwelk wij overvloed in dit leven schonken, zeiden: Dit is slechts een mensch zooals gij zijt: hij eet van hetgeen gij eet. En hij drinkt van hetgeen gij drinkt.
23 : 34
وَلَئِنْ أَطَعْتُم بَشَرًا مِثْلَكُمْ إِنَّكُمْ إِذًا لَّخَاسِرُونَ
En indien gij een mensch gehoorzaamt, die met u gelijk staat, waarlijk, dan zijt gij verloren.
23 : 35
أَيَعِدُكُمْ أَنَّكُمْ إِذَا مِتُّمْ وَكُنتُمْ تُرَابًا وَعِظَامًا أَنَّكُم مُّخْرَجُونَ
Dreigt hij u dat gij, nadat gij dood zijt, en tot stof en beenderen zijt geworden, levend uit uwe graven zult worden voortgebracht?
23 : 36
هَيْهَاتَ هَيْهَاتَ لِمَا تُوعَدُونَ
Weg, weg met hetgeen waardoor gij wordt bedreigd!
23 : 37
إِنْ هِيَ إِلَّا حَيَاتُنَا الدُّنْيَا نَمُوتُ وَنَحْيَا وَمَا نَحْنُ بِمَبْعُوثِينَ
Er is geen ander leven buiten ons tegenwoordig leven; wij sterven en wij leven, en wij zullen niet weder worden opgewekt.
23 : 38
إِنْ هُوَ إِلَّا رَجُلٌ افْتَرَى عَلَى اللَّهِ كَذِبًا وَمَا نَحْنُ لَهُ بِمُؤْمِنِينَ
Hij is slechts een mensch, die eene leugen tegen God uitdenkt: doch wij zullen hem niet gelooven.
23 : 39
قَالَ رَبِّ انصُرْنِي بِمَا كَذَّبُونِ
Hun profeet zeide: O Heer! verdedig mij, nu zij mij van bedrog beschuldigen.
23 : 40
قَالَ عَمَّا قَلِيلٍ لَيُصْبِحُنَّ نَادِمِينَ
God antwoordde: Na een korten tijd zullen zij zekerlijk hunne weerspannigheid berouwen.


Share: