Preloader Image

2 Jamadilakhir 1446H

Wed, 04 Dec 2024

Pray Time


16 : 61
وَلَوْ يُؤَاخِذُ اللّهُ النَّاسَ بِظُلْمِهِم مَّا تَرَكَ عَلَيْهَا مِن دَآبَّةٍ وَلَكِن يُؤَخِّرُهُمْ إلَى أَجَلٍ مُّسَمًّى فَإِذَا جَاء أَجَلُهُمْ لاَ يَسْتَأْخِرُونَ سَاعَةً وَلاَ يَسْتَقْدِمُونَ
Indien God de menschen voor hunne onrechtvaardigheid zou straffen, zou hij geen levend wezen op aarde laten; maar hij geeft hen uitstel tot een bepaalden tijd; en als hun tijd zal gekomen zijn, zullen zij geen uur uitstel ontvangen, en hunne straf zal ook niet vervroegd worden.
16 : 62
وَيَجْعَلُونَ لِلّهِ مَا يَكْرَهُونَ وَتَصِفُ أَلْسِنَتُهُمُ الْكَذِبَ أَنَّ لَهُمُ الْحُسْنَى لاَ جَرَمَ أَنَّ لَهُمُ الْنَّارَ وَأَنَّهُم مُّفْرَطُونَ
Zij schrijven aan God toe wat zij zelve haten, en hunne tongen spreken eene leugen uit, als zij zeggen, dat de belooning van het paradijs voor hen is bestemd. Er bestaat geen twijfel, of het vuur der hel voor hen is gereed gemaakt, en dat zij daarin zullen nedergeworpen worden, vóór het overige deel der zondaren.
16 : 63
تَاللّهِ لَقَدْ أَرْسَلْنَا إِلَى أُمَمٍ مِّن قَبْلِكَ فَزَيَّنَ لَهُمُ الشَّيْطَانُ أَعْمَالَهُمْ فَهُوَ وَلِيُّهُمُ الْيَوْمَ وَلَهُمْ عَذَابٌ أَلِيمٌ
Ik zweer bij God, dat wij vroeger gezanten hebben gezonden tot de volkeren, die vóór u bestonden, maar Satan maakte hunne werken voor hen gereed; hij was hun schuts in deze wereld en in de volgende zullen zij eene gestrenge pijniging ondergaan.
16 : 64
وَمَا أَنزَلْنَا عَلَيْكَ الْكِتَابَ إِلاَّ لِتُبَيِّنَ لَهُمُ الَّذِي اخْتَلَفُواْ فِيهِ وَهُدًى وَرَحْمَةً لِّقَوْمٍ يُؤْمِنُونَ
Wij hebben u den Koran met geen ander doel nedergezonden, dan dat gij hun de waarheid zoudt verklaren, waaromtrent zij thans verschillen, en tot leiding en genade voor hen die gelooven.
16 : 65
وَاللّهُ أَنزَلَ مِنَ الْسَّمَاء مَاء فَأَحْيَا بِهِ الأَرْضَ بَعْدَ مَوْتِهَا إِنَّ فِي ذَلِكَ لآيَةً لِّقَوْمٍ يَسْمَعُونَ
God zendt water van den hemel neder en doet de aarde na haren dood herleven. Waarlijk, hierin is een teeken der opstanding, voor hen die luisteren.
16 : 66
وَإِنَّ لَكُمْ فِي الأَنْعَامِ لَعِبْرَةً نُّسْقِيكُم مِّمَّا فِي بُطُونِهِ مِن بَيْنِ فَرْثٍ وَدَمٍ لَّبَنًا خَالِصًا سَآئِغًا لِلشَّارِبِينَ
Ook het vee is voor u een voorbeeld tot onderricht; wij geven u te drinken van hetgeen zich in zijn buik bevindt, tusschen verteerde stoffen en bloed; namelijk zuivere melk, die met genoegen wordt genoten door hen die haar drinken.
16 : 67
وَمِن ثَمَرَاتِ النَّخِيلِ وَالأَعْنَابِ تَتَّخِذُونَ مِنْهُ سَكَرًا وَرِزْقًا حَسَنًا إِنَّ فِي ذَلِكَ لآيَةً لِّقَوْمٍ يَعْقِلُونَ
En van de vruchten der palmboomen, en van de druiven verkrijgt gij een bedwelmenden drank en ook een goed voedsel. Waarlijk hierin is een teeken, voor hen die begrijpen willen.
16 : 68
وَأَوْحَى رَبُّكَ إِلَى النَّحْلِ أَنِ اتَّخِذِي مِنَ الْجِبَالِ بُيُوتًا وَمِنَ الشَّجَرِ وَمِمَّا يَعْرِشُونَ
Uw Heer sprak door ingeving tot de bij, zeggende: Bouw u huizen in de bergen en in de boomen, en van de stoffen waarmede de menschen korven voor u bouwen.
16 : 69
ثُمَّ كُلِي مِن كُلِّ الثَّمَرَاتِ فَاسْلُكِي سُبُلَ رَبِّكِ ذُلُلاً يَخْرُجُ مِن بُطُونِهَا شَرَابٌ مُّخْتَلِفٌ أَلْوَانُهُ فِيهِ شِفَاء لِلنَّاسِ إِنَّ فِي ذَلِكَ لآيَةً لِّقَوْمٍ يَتَفَكَّرُونَ
Eet van iedere vruchtsoort en wandel op de gebaande wegen van uwen Heer. Uit hare buiken komt eene vloeistof van verschillende kleur welke een geneesmiddel voor de menschen bevat. Waarlijk, hierin is een teeken voor hen die nadenken.
16 : 70
وَاللّهُ خَلَقَكُمْ ثُمَّ يَتَوَفَّاكُمْ وَمِنكُم مَّن يُرَدُّ إِلَى أَرْذَلِ الْعُمُرِ لِكَيْ لاَ يَعْلَمَ بَعْدَ عِلْمٍ شَيْئًا إِنَّ اللّهَ عَلِيمٌ قَدِيرٌ
God heeft u geschapen, en hij zal u later doen sterven, en het leven van menigen uwer zal tot een uitgeleefden ouderdom verlengd worden, zoodat hij alles zal vergeten wat hij wist; want God is wijs en machtig.
16 : 71
وَاللّهُ فَضَّلَ بَعْضَكُمْ عَلَى بَعْضٍ فِي الْرِّزْقِ فَمَا الَّذِينَ فُضِّلُواْ بِرَآدِّي رِزْقِهِمْ عَلَى مَا مَلَكَتْ أَيْمَانُهُمْ فَهُمْ فِيهِ سَوَاء أَفَبِنِعْمَةِ اللّهِ يَجْحَدُونَ
God doet sommigen uwer in wereldsche bezittingen boven anderen uitmunten; maar degenen welke hij doet uitmunten, geven hunne bezittingen niet aan hunne slaven, die door hunne rechterhand wordt bezeten, opdat zij gelijke bezitters daarvan worden. Loochenen zij daarom Gods weldaden?
16 : 72
وَاللّهُ جَعَلَ لَكُم مِّنْ أَنفُسِكُمْ أَزْوَاجًا وَجَعَلَ لَكُم مِّنْ أَزْوَاجِكُم بَنِينَ وَحَفَدَةً وَرَزَقَكُم مِّنَ الطَّيِّبَاتِ أَفَبِالْبَاطِلِ يُؤْمِنُونَ وَبِنِعْمَتِ اللّهِ هُمْ يَكْفُرُونَ
God heeft u vrouwen gekozen onder de uwen en u van uwe vrouwen kinderen en kleinkinderen geschonken, en heeft u goede dingen tot voeding gegeven. Wilt gij dus gelooven in datgene wat ijdel is, en ondankbaar Gods goedheid loochenen?
16 : 73
وَيَعْبُدُونَ مِن دُونِ اللّهِ مَا لاَ يَمْلِكُ لَهُمْ رِزْقًا مِّنَ السَّمَاوَاتِ وَالأَرْضِ شَيْئًا وَلاَ يَسْتَطِيعُونَ
Zij aanbidden naast God afgodsbeelden die niets bezitten, waarmede zij zich kunnen onderhouden, noch in den hemel, noch op aarde, en welke geene macht hebben.
16 : 74
فَلاَ تَضْرِبُواْ لِلّهِ الأَمْثَالَ إِنَّ اللّهَ يَعْلَمُ وَأَنتُمْ لاَ تَعْلَمُونَ
Vergelijk dus niets met God; want God weet alles en gij weet niets.
16 : 75
ضَرَبَ اللّهُ مَثَلاً عَبْدًا مَّمْلُوكًا لاَّ يَقْدِرُ عَلَى شَيْءٍ وَمَن رَّزَقْنَاهُ مِنَّا رِزْقًا حَسَنًا فَهُوَ يُنفِقُ مِنْهُ سِرًّا وَجَهْرًا هَلْ يَسْتَوُونَ الْحَمْدُ لِلّهِ بَلْ أَكْثَرُهُمْ لاَ يَعْلَمُونَ
God stelt u als eene vergelijking een slaaf voor, die over niets macht bezit en dengeen, wien wij een grooten voorraad hebben geschonken en die daarvan openlijk en heimelijk aalmoezen geeft; zullen deze beiden gelijk geschat worden? Goddank, neen! Maar het grootste deel der menschen weet het niet.
16 : 76
وَضَرَبَ اللّهُ مَثَلاً رَّجُلَيْنِ أَحَدُهُمَا أَبْكَمُ لاَ يَقْدِرُ عَلَىَ شَيْءٍ وَهُوَ كَلٌّ عَلَى مَوْلاهُ أَيْنَمَا يُوَجِّههُّ لاَ يَأْتِ بِخَيْرٍ هَلْ يَسْتَوِي هُوَ وَمَن يَأْمُرُ بِالْعَدْلِ وَهُوَ عَلَى صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ
God stelt ook als eene vergelijking twee mannen voor, waarvan de een stom geboren, en niet in staat is iets te doen of te verstaan: maar een last voor zijn meester is: waarheen hij hem ook zende, hij zal hem niets goeds brengen. Zal deze man en hij die meester over zijne spraak is en verstaat, en die beveelt wat rechtvaardig is en den rechten weg volgt, gelijk geacht worden?
16 : 77
وَلِلّهِ غَيْبُ السَّمَاوَاتِ وَالأَرْضِ وَمَا أَمْرُ السَّاعَةِ إِلاَّ كَلَمْحِ الْبَصَرِ أَوْ هُوَ أَقْرَبُ إِنَّ اللّهَ عَلَى كُلِّ شَيْءٍ قَدِيرٌ
Aan God alleen is het geheim van hemel en aarde bekend. De handeling van het laatste uur zal zijn als de tijdruimte van een oogenblik, of wellicht nog spoediger; want God is almachtig.
16 : 78
وَاللّهُ أَخْرَجَكُم مِّن بُطُونِ أُمَّهَاتِكُمْ لاَ تَعْلَمُونَ شَيْئًا وَجَعَلَ لَكُمُ الْسَّمْعَ وَالأَبْصَارَ وَالأَفْئِدَةَ لَعَلَّكُمْ تَشْكُرُونَ
God heeft u voortgebracht uit de ingewanden uwer moederen. Gij wist niets en hij gaf u de zintuigen van het gehoor en het gezicht, en het verstand, opdat gij dankbaar zoudt zijn.
16 : 79
أَلَمْ يَرَوْاْ إِلَى الطَّيْرِ مُسَخَّرَاتٍ فِي جَوِّ السَّمَاء مَا يُمْسِكُهُنَّ إِلاَّ اللّهُ إِنَّ فِي ذَلِكَ لَآيَاتٍ لِّقَوْمٍ يُؤْمِنُونَ
Hebt gij een blik geworpen op de vogelen, die de lucht doorklieven? God alleen kan hunne vlucht stuiten; niemand beschut hen buiten God. Waarlijk, hierin zijn teekens voor hen die gelooven.
16 : 80
وَاللّهُ جَعَلَ لَكُم مِّن بُيُوتِكُمْ سَكَنًا وَجَعَلَ لَكُم مِّن جُلُودِ الأَنْعَامِ بُيُوتًا تَسْتَخِفُّونَهَا يَوْمَ ظَعْنِكُمْ وَيَوْمَ إِقَامَتِكُمْ وَمِنْ أَصْوَافِهَا وَأَوْبَارِهَا وَأَشْعَارِهَا أَثَاثًا وَمَتَاعًا إِلَى حِينٍ
God heeft u ook huizen gegeven, om tot woningen voor u te dienen en heeft ook uwe tenten van dierenhuiden voorzien, die licht zijn, om op den dag van uw vertrek naar andere plaatsen overgebracht te worden, en gemakkelijk te spannen op den dag, dat gij er in woont; hij heeft u voorzien van wol, bont en haar van uw vee; van kleederen en benoodigdheden voor tijdelijk gebruik.


Share: